In Exodus 21-22 geeft God de mensenrechten voor iedereen in Israël. Niemand mag in de duisternis blijven. In Israël is bevrijding van onrecht mogelijk en wordt iedereen in het licht gebracht.
Dat lezen we deze week in Hamisjpatiem: ‘De rechten’. God ziet de ruzies en klaagzangen bij het volk dus wel degelijk. En Hij geeft in Exodus aan iedereen de verantwoordelijkheid om er voor elkaar te zijn. Zo kan de ellende die het leven soms brengt, worden weggenomen. Want iedereen in Israël heeft het recht om in het licht van Zijn zegen te wandelen.
We lezen volgens de Driejarige Tora Cyclus:
• Mozes: Exodus 21:1-22:23
• Psalm: 57
• Koning: 1 Samuël 1:1-10
• Profeet: Jesaja 1:26-2:5
• Evangelie: Mattheüs 3:13-4:17
• Apostel: Romeinen 3:1-8
Rechters in Israël
Toch is de situatie niet altijd zoals het moet zijn. De profeet Jesaja ziet een situatie waarin de leiders van Israël geen oog hebben voor de armen en verdrukten. Zij gedragen zich als een elite. Ze bevinden zich in prachtig aangelegde bossen en tuinen, zodat ze de ellende van de anderen niet hoeven te zien. Jesaja is furieus. Die bossen en tuinen zullen worden verbrand, inclusief hun eigenaren, er zal niets van overblijven. Als de rechten van het volk worden aangetast, beloofd God dat Hij de nalatige elite zal verteren.
Dan zal Hij weer rechters in Israël geven die de mensenrechten van Israël zullen herstellen. Dan wordt Jeruzalem weer een stad van recht en gerechtigheid. Door die rechters heen zal God de oordelen vellen over iedereen die zich niets aantrekt van de rechten.
Het huis van het licht
Om het recht in Israël te herstellen, zal God Zijn Huis herbouwen, de Tempel. Vanuit die Tempel zullen de mensenrechten hersteld worden. Niet alleen voor Israël, maar zelfs voor de hele wereld (Jes. 2:3)! In het licht van dit Huis zullen de volken leren om te wandelen in de rechten die God al in Exodus heeft geopenbaard. Wat een schitterend Huis zal dat zijn!
In Gods Huis in Zion werken alleen geen psychiaters, alternatieve dokters, bevrijdingsteams of gebedsgenezers. Dit Huis is een Huis van recht. Hier vanuit wordt de rechtsstaat van God gevestigd. Zijn Tempel zal garant staan voor een zuiver recht, en alle armen en verdrukten zullen daar aanspraak op kunnen maken. Want het Huis van God, waar de mensenrechten van Israël worden beschermd, is de hoogste rechtbank.
We komen dat Huis ook al tegen in Exodus 21:14, waar iemand een hoger beroep uitbrengt door naar het altaar te gaan in de Tempel. Een dergelijk beroep heeft geen enkel zin, als hij daarmee zijn schuld probeert te ontlopen! Want in Gods Huis zijn de rechten van slachtoffers beschermd.
De hoogste Rechter van Israël
In het Evangelie lezen we over de komst van de hoogste Rechter in Israël, de Messias. Hij zal rechtspreken in de Tempel van Jesaja 2 (zie ook Romeinen 3), als mensen een beroep doen op de hoogste Rechtbank in Gods Koninkrijk. Zover is het nu nog niet, want we leven in deze wereld nog steeds in duisternis . De rechten van de armen en verdrukten worden nog steeds met voeten getreden. Maar toch is de hoogste Rechter van Israël al gezien en herkend. Daarom zien we, terwijl we nog in de duisternis zijn, het licht van Gods recht al in Jesjoea (Matt. 4:16).
Vergelijk Jesjoea’s oproep tot bekering eens met de oproep tot bekering in Jesaja. Wat valt je op? Waar gaat bekering eigenlijk over?