
Amsterdam | Dit jaar was ik weer te gast op het jaarlijkse Barthianum. Georganiseerd aan de PthU door prof. Rinse Reeling Brouwer, om na te denken over de dogmatiek van Karl Barth. Dit jaar over ‘de protestantse preek’. We hebben er ook Miskotte op nageslagen.
Er waren heel wat ouderen aanwezig, scherp van geest. Met alle beperkingen van dien begaven zij zich naar de VU. Het ging over ‘de protestantse preek’, een hekel onderwerp op de agenda van de PKN.
“Wat konden de erudieten van 100 jaar terug het mooi zeggen” was de algemene reactie op de dag. De vier deelnemers van mijn leeftijd waren iets minder enthousiast dan dit grijze kuddeke Barth-fans. Het blijkt in onze tijd een lastig ding, die protestantse preek. Iets waar de predikers van vandaag best wel mee zitten. In oorlogstijd was dat toch anders.
Wat een protestantse preek eigenlijk is
Het heeft me best wel verrast om te horen wat dat nu eigenlijk is, een protestantse preek. Barth en Miskotte blinken niet altijd uit in helder taalgebruik, dus ik zal hun idee vertalen naar 21ste eeuws plat Nederlands.
“God spreekt in de kerk” zo opent Barth zijn betoog. Dat is best wel pretentieus, want wij dominees zijn degenen die dit spreken van God doen! Hoe kan dat eigenlijk? Wij zijn toch mensen?
‘De preek’ is daarom nauwelijks te controleren, want wie durft te zeggen dat Hij God kan controleren? Wat een dilemma om dan iets over die preek te zeggen! Nou je, we moeten daarom maar wat dogma’s opschrijven, om dat spreken van God aan te toetsen, aldus Barth.
De preek is hét genademiddel bij uitstek, het is eigenlijk een soort sacrament, zo gaat Barth verder. Nee, meer nog! De sacramenten (doop en avondmaal) zijn slechts een schrale aanvulling op de preek. Gód spreekt. Daarom is een roeping en opdracht ook essentieel om te kunnen preken! Protestantse predikers moeten deze pretentie telkens opnieuw uitdragen op de kansel, ongeacht de kans dat ze daarin falen. Het is nu eenmaal het door God verkozen middel om de mens te bereiken. “Ik kan er ook niks aan doen” hoor je Barth bijna denken.
Miskotte: dit is onbijbels, en tóch hoort het zo!
De grootste verrassing van de dag werd tot het laatst bewaard. De groep was in tweeën opgedeeld. Een groep voor de Duitse tekst en een groep die een Nederlandse vertaling ervan las. Ik zat bij de laatste groep, en die besloot aan het eind van de dag ook Miskotte erop na te slaan. Wel, ik werd teleurgesteld in vaderlands beroemde theoloog die hierover schreef in de oorlogsjaren.
De protestanten zijn de uitvinder van deze mystieke vorm van prediking, niet de hersteller ervan
“Verbluffend eigenlijk dat de protestantse preek niet op de Bijbel te funderen is.” Zo begint Miskotte zijn betoog op p. 221 van Om het Levende woord (drukjaar 1973). “De preek was voor de eerste christenen níét hét middelpunt, hét heilsgeheim, hét eucharistische wonder” zoals bij ons.
Daarmee vult hij Barth aan, want Barth schreef dat de Roomse kerk de ware prediking naar de zijlijn had gedreven. Dat klopt dus niet, want de protestanten zijn de úitvinder van deze mystieke vorm van prediking, niet de hersteller ervan! Daar heeft Miskotte een punt. De protestantse preek is niet bijbels, want de eerste christenen deden aan vóórlezing van de Bijbel, met een verklaring en een moreel appèl.
Barth erkent dat de Rooms Katholieke kerk deze manier van prediking ook nu nog toepast. De Roomsen hebben deze vorm van prediking dus van de eerste christenen en ze hebben eraan vastgehouden. “Maar nee, we kunnen dit niet van de Roomsen leren, zij hebben het mis. Wij protesteren immers tegen de Roomse kerk?” Zoiets moeten de dominees in de vorige eeuw gedacht hebben. Barth en Miskotte in elk geval wel, want zij blijven erbij: de protestantse preek is het genademiddel bij uitstek. Onze preken pretenderen de stem van God Zélf te zijn.
Protestantse preek is onmogelijk te toetsen, dus
“De preek is een scheppingsdaad van God, zonder de preek vergáán we.” schrijft Miskotte. Lekker paradoxaal, want de gemeente is natuurlijk wel “het nieuwe Israël” maar toch zijn het eigenlijk verdorven heidenen en Joden, die met het onverdraaglijke Woord van God moeten worden geconfronteerd, radicaal! Als je niet door de protestantse oordeelspreek tot ‘het heil’ komt, zit het niet goed met je.
Maar ja, niemand kan de preek dus toetsen, want het is niet te kennen. Het is een mysterie wat zelfs niet vermoed kan worden (p. 224). Wat een waagstuk, die protestantse preek! Het is zelfs aan de apostelen niet te toetsten (p. 227). De prediker is in feite de apostel van deze tijd zélf, eh, de Paulus van deze tijd wel te verstaan. Want het gaat Miskotte om het paradigma van Paulus, waardoor Sinaï is afgeschaft voor christenen (p. 225). Oh ja, en wie dit verwerpt, heft de prediking op.
Messiaanse prediking
Tjonge jonge, dat is even thuis komen van een koude kermis. Als Messiaans prediker wil ik hier afstand van nemen. Zo wil ik niet preken! Ook de protestantse kerk zou er goed aan doen om deze vorm van prediking doelbewust af te schaffen. Dan hoef je er ook niet meer mee te worstelen, want het is nogal een worsteling zo.
God kan Zich openbaren via mijn woorden als prediker, daar ben ik het wel mee eens. Maar God verbindt zich niet aan mij als Zijn enige genademiddel. Hij spreekt door brandende struiken en pijlen die op de grond worden geslagen, Hij is soeverein in Zijn spreken.
Als messiaanse prediker sluit ik me liever aan bij de bijbelse traditie van prediking. Zoals in de Roomse en Anglicaanse kerk nog altijd gepreekt wordt. Gewoon een uitleg van de schrift met een appèl. Dat is mij genoeg. Als God dan verkiest om daardoorheen te spreken, ben ik dankbaar. Deze bijbelse manier van preken is gewoon te toetsen aan het Woord, en het richt zich tot het volk van het Verbond, Gods volk. Ja, want wie hóórt is Gods Volk. Sjma Jisrael, hoor o Israël.
Niet het ultieme mysterie “Christus” wordt verkondigt om een ‘nieuw Israël’ aan te spreken, nee! Gewoon het Woord dat ons oproept tot navolging van Jezus, die het levende Woord is. De prediker mág delen wat hem daarvan is geopenbaard uit dat Woord. En de gemeente mág hem in het ongelijk stellen, tijdens de prediking wat mij betreft, omdat God niet alleen de prediker te Woord staat. Dat is hoe ik mijn eigen roeping als messiaans prediker zie.
· Permalink
Geachte heer Bloed,
Ik heb met interesse gelezen wat u schreef over de protestantse preek. Ik heb voor mijzelf ook vragen m.b.t. het centraal stellen van de preek in de eredienst, waarin een hele zogenaamde bijbelse theologische traditie van eeuwen mee resoneert. Daarom ontvang ik graag een verdere toelichting op de eerste zin van de laatste alinea. Daar zit naar mijn gevoel de kern van uw bezwaar.
Met vriendelijke groet,
Theo van Ledden
· Permalink
Beste Theo van Ledden,
Dat klopt als een bus. Die zin heeft nogal een lading… Hierover geef ik een uitgebreide toelichting in mijn nog niet gepubliceerde boek over de Messiaanse beweging.
De onderwerpen christologie en vervangingsleer zijn zo ongeveer de heetste hangijzers van de kerkgeschiedenis, die radicaal moeten worden herzien naar mijn mening. Dat vraagt natuurlijk om verdere toelichting, vandaar dat ik hierover hoop te publiceren dit jaar.
Vriendelijke groet,
Kees